Stop met het verbeteren van mijn favoriete producten

verbeteren-favoriete-producten

De vernieuwingsdrang in de voedselindustrie is gek makend. Elke dag komen er weer nieuwe of verbeterde producten in de winkel. Heb je net die heerlijke paté voor op je brood gevonden, veranderen ze de receptuur. Die was al prima. Beste mensen, een verandering is niet automatisch een verbetering.

Een voedselproducent wil net als de winkelier, het klanten zo goed mogelijk naar de zin maken. Daarbij lijken ze aan te nemen dat een mens altijd houdt van verandering. Af en toe iets nieuws proberen is leuk en hopelijk ook lekker. Maar wat goed is is goed en moet zo blijven. Een recent voorbeeld zijn de mini rozijnenbollen van Albert Heijn. Prima product. Lekker van smaak, goed houdbaar. Meer mensen vonden dat, want er lag altijd een flinke voorraad in het schap. Van de een op de ander dag zijn ze verdwenen. Vervangen door hun nieuwe broertjes, die volgens de kreet op de zak ‘extra lang lekker zijn’.

Had ik daar behoefte aan? De bewaartermijn was in mijn ogen prima. Om ze langer vers te houden en te verbeteren is er wat geschoven met de ingrediënten en de E-nummers en is er boterolie toegevoegd voor de smaak. Ze zijn er echter niet gezonder op geworden. De bolletjes bevatten twintig procent meer toegevoegde suikers en vijf procent meer zout. Maar wat het ergste is, ze zijn niet lekker. Ze hebben letterlijk een nare bijsmaak gekregen.

Nu is het tegenwoordig in de winkelbranche ook al mode om van alles een beleving te maken. Ik ben bang dat daar die ongebreidelde vernieuwingsdrang mede door gevoed wordt. Maar een winkel is geen Efteling en zeker de dagelijkse boodschappen doen is minstens voor tachtig procent een routineklus. Je wilt je vertrouwde producten gemakkelijk kunnen pakken en je boodschappen snel kunnen afrekenen. Dat is belangrijk. Ik probeer echt wel eens wat nieuws. Producten zoals koffie, boter en melk, om maar wat te noemen, doe ik toch echt vrij gedachteloos in mijn karretje. Oh ja, die melk die was laatst ook al weer vernieuwd en verbeterd, zag ik bij thuiskomst.

Mag het wat minder.

Photo by Allef Vinicius on Unsplash

Barbecue: wat kan er allemaal wel niet op

Vroeger was het overzichtelijk. Je wist wat er allemaal kon op de barbecue. Je kocht braadworst, hamburgers en speklappen. Het vuur stookte je goed hoog op. Als groente was er een plastic bak vol huzarensalade en als je geluk had, stond er ook nog een mandje met stokbrood.

Maar toen kwamen de supermarkten met andere ideeën. Je kon spiezen grillen of voor vis kiezen. En daar hoefde je niet zelf voor aan de slag, die lagen kant en klaar in de winkel. Permanent in de aanbieding, vier bakjes voor tien euro. Gemak heeft echter zijn prijs. Per kilo kosten kipspiesjes zestien euro, terwijl een kilo kipfilet de helft kost. En waarom zitten er drie spiesjes in een verpakking? Voor sommige huishoudens één te veel, voor andere één te weinig.

Het is wel populair, er is een enorm aanbod. Alleen al bij Jumbo geeft het zoekcriterium ‘barbecue vlees’ al 330 verschillende producten. Tel daar nog eens 37 voor vis en 41 voor vega bij op en je raakt het spoor totaal bijster. De concurrent Albert Heijn doet daar zeker niet voor onder en biedt een rijk geschakeerd aanbod variërend van spekfakkels, een reepje speklap op een stokje, tot een flink stuk Bavette of een Star Picanha. Met name die laatsten, de grotere stukken vlees, zijn populair geworden. Die moet je aan kunnen als je een echte grillmaster wilt zijn. Trendsetter hiervan was onze eigen Nederlandse barbecue-goeroe Jord Althuizen, maar er is inmiddels een hele subcultuur omheen ontstaan.

Verder lezen →

Overal avocado’s

avocado-hype-instagram

Recepten met avocado, foto’s van avocado, restaurants waar elk gerecht bestaat uit avocado, de avocado was de laatste jaren overal. Wat maakt deze vrucht nu zo geschikt voor een hype? Vanuit de branche deed men uiteraard al lang zijn best. Mexico, het land waar het product oorspronkelijk vandaan komt, richtte zijn pijlen op export naar de Verenigde Staten. Mede door de grote groepen Mexicaanse immigranten groeide de omzet gestaag.

Het Zuid-Afrikaanse samenwerkingsverband van avocadotelers probeerde in Engeland voet aan de grond te krijgen. Al in 1995 namen zij het Londense PR bedrijf Richmond & Towers in de arm om hun product aan de man te brengen Er werden reisjes georganiseerd waar journalisten, koks, gezondheid- en lifestyle influencers zelf ter plekke konden ervaren wat een fijn product het is. Daarnaast probeerden men via promotiemateriaal en recepten het publiek in de supermarkten enthousiast te krijgen. Nu kun je alles wel mooi bedenken en uitvoeren maar voor een echte hype is er ook altijd een beetje geluk nodig. En die kwam vanuit onverwachte hoek.

Op de eerste plaats rukten de superfoods, zoals gojibessen, chiazaad en quinoa op. Eerst alleen voor sporters en gezondheidsgoeroes, maar al snel vonden ze hun weg naar een groter publiek. Avocado’s passen in deze trend. Ze zijn een bron van onverzadigd vet, vezels en kalium wat goed is voor je bloed en zorgt voor sterke botten. Hierdoor haakte de vrucht gemakkelijk aan bij de superfood broertjes en zusjes. De groei ging snel, aten we in 2008 in Nederland nog tien miljoen kilo per jaar, in 2016 was het al gestegen naar negenendertig miljoen.

Verder lezen →

Het iconische beeldmerk en haar chilipepers

Lao -Gan-Ma-Chili-saus-China

Ik stuitte op een foodproduct waar ik nog nooit van gehoord had, maar kenners geven het een bijna mythische status. Lao Gan Ma, een kruidige saus die bestaat uit een mix van gebakken uien en geroosterde chilipepers. Het speciale zit hem in de gebruikte pepers, die groeien alleen in de Chinese provincie Guizhou. Daar is de grond en de hoeveelheid regen bepalend voor het ontstaan van een heel specifieke smaak. Zonder noemenswaardige reclamecampagnes heeft dit merk niet alleen heel China veroverd, maar ook Engeland en de Verenigde Staten. Het is een hit onder studenten, bloggers, foodies en ook onder sterrenchefs. Bovenal lijkt het verhaal erachter, op een modern sprookje.

Het begon allemaal eind vorige eeuw met één vrouw, Tao Huabi. Als jonge weduwe van arme komaf, zocht zij een manier om geld te verdienen voor haarzelf en haar twee kinderen. Ze begon met het maken van tofu op rijstbasis en verkocht dit op school aan de leerlingen. Al snel opende ze een kleine winkel in Guiyang, de hoofdstad van Guizhou. Ze verkocht er noedels met een kruidige saus naar eigen recept, aangevuld met sojabonen. Dit eenvoudige gerecht trok veel studenten aan en die roemden met name haar saus. Via mond tot mond reclame verspreidde het nieuws over deze sensationele saus zich en kwamen er steeds meer mensen van buiten Guiyang naar haar winkel. In 1994 stopte ze dan ook met de verkoop van noedels en ging zich toeleggen op het maken en verkopen van potjes saus en op het ontwikkelen van andere smaakcombinaties.

In 1997 startte ze haar eigen fabriek die direct werk gaf aan veertig personen. Ze produceerde onder de naam Lao Gan Ma, naar de koosnaam ‘oude peetmoeder’, die de studenten haar hadden gegeven. Een foto van zichzelf, in de vorm van een strak voor zich uitkijkend staatsieportret, kwam als beeltenis op alle producten. En toen ging het snel. Eerst veroverde ze grote delen van China. Vervolgens namen Chinese studenten die in het westen gingen studeren de sauzen mee. Ze lieten het proeven aan hun vrienden, die meteen enthousiast werden. Ook professionele chefs pikten het op en gingen het in hun gerechten gebruiken, of ze probeerden er een eigen draai aan te geven. Hierna verspreidde het zich als een olievlek. Op dit moment werken in de fabrieken van Tao Huabi meer dan vierduizend mensen en wordt haar privévermogen geschat op ruim één miljard dollar.

Verder lezen →

Pak aan dat pak

maatpak-vrouwen-savile-row-Deck

Er is een deuk gekomen in een mannenbastion. Een fenomeen dat al vanaf het einde van de  achttiende eeuw standhield,  het befaamde Savile Row in het hart van Londen. Een straat vol topkleermakers die al die tijd met de hand maatpakken maken, voor mannen. Op 17 september jongstleden opende hier The Deck. Een zaak waar vrouwen een maatpak kunnen laten maken door ambachtelijk topkleermakers, allemaal vrouwen. Tot nu toe leek zoiets onmogelijk. Deze straat behoorde aan de mannen. Die vanzelfsprekendheid is nu verleden tijd.

De zevenentwintig jarige Daisy Knatchbull is oprichter en eigenaar van The Deck. Ze is geen onbekende op Savile Row. Ze werkte drie jaar als communicatiemanager bij Huntsman, de bekendste zaak van deze straat. In hun honderdzeventig jarig bestaan hebben ze pakken gemaakt voor koningen en aristocraten van over de hele wereld, maar ook voor rocksterren en mensen uit Hollywood. Daar leerde Daisy het reilen en zeilen kennen van deze gesloten wereld en bouwde ze haar netwerk op.

Interesse in mode was er van jongs af aan. Het idee om zich in dezelfde straat als haar oude werkgever te gaan vestigen als zelfstandige kleermaker, kwam na een bezoek aan de paardenraces van Royal Ascot. Ze droeg bij die gelegenheid een voor haar gemaakte ‘morning suit’. Een smoking met lange achterpanden, grijs gestreepte broek en een hoge hoed. Dit werd een keerpunt in haar leven. Ze voelde aan den lijve wat het dragen van een goed pak met je doet. Het versterkt je gevoel van eigenwaarde en je uitstraling. Daarnaast werd ze overspoeld door vragen van andere vrouwen, waar ze een maatpak konden laten maken. Dat was in 2016, in 2020 opende ze The Deck.

Verder lezen →